Alles over Raspberry Pi GPIO pinnen
De GPIO pinnen van de Raspberry Pi 3B+ en de nieuwe 4B hebben de zelfde indeling.
Weet jij al wat je allemaal kunt doen met de GPIO Pinnen op je Raspberry Pi? Nee? Nou lees dan snel verder!
GPIO staat voor General Purpose Input/Output. Dit houdt in dat de Pin geen specifieke functie heeft. Normaal gesproken hebben Pinnen een specifiek doel zoals het versturen van een signaal of juist het ontvangen van een signaal. Een GPIO Pin is aanpasbaar en kan worden bestuurd door software.
In deze tekst zal ik jullie vertellen welke pin waar voor staat en wat je ermee kunt doen. We gaan het hebben over PWM, UART, SPI en de I2C pinnen. Maar ook zal uitleggen waar je de 5V, 3.3V en de GND pinnen kunt vinden.
5v, 3.3V en de GND pinnen
Om te beginnen gaan we het hebben over de voedings pinnen.
De Raspberry Pi 3B+ heeft twee 5V pinnen, dit zijn pin 2 en pin 4.
Ook zitten er twee 3.3V pinnen op de Raspberry Pi. Dit zijn pin 1 & pin 17.
De pinnen: 6, 9, 14, 20, 25, 30, 34 en 39 zijn allemaal GND (Ground) pinnen.
PWM pinnen
Misschien heb je wel eens gehoord van PWM. PWM staat voor Pulse With Modulation. Met deze functie kan je de lengte van een elektronische pulse bepalen.
Dit is handig om bijvoorbeeld te bepalen hoe vel een LED lamp moet zijn. Of om de snelheid van een motor te regelen. Dit zijn slechts twee mogelijkheden voor de PWM Pins. In de praktijk ga je merken dat je nog vele andere dingen kan doen met de PWM pins.
UART pinnen
We zijn nu aangekomen bij de UART Pinnen. Dit stukje is iets ingewikkelder, ga er dus maar goed voor zitten.
UART staat voor universal asynchronous reciever/transmitter.
UART is een asynchroon serieel communicatieprotocol, wat betekent dat het bytes aan gegevens kost en de individuele bits sequentieel verzendt.
Met asynchrone verzending kunnen gegevens worden verzonden zonder dat de afzender een kloksignaal naar de ontvanger hoeft te verzenden. In plaats daarvan spreken de verzender en de ontvanger vooraf timingparameters af en worden speciale bits, ‘startbits’ genoemd, toegevoegd aan elk woord en gebruikt om de verzendende en ontvangende eenheden te synchroniseren.
UART wordt vaak gebruikt op de Pi als een handige manier om het via de GPIO te besturen, of om toegang te krijgen tot de kernel-bootberichten van de seriële console (standaard ingeschakeld).
Het kan ook worden gebruikt als een manier om een Arduino, bootloaded ATmega, ESP8266, enz. Met je Pi te verbinden. Wees voorzichtig met logica-niveaus tussen de apparaten, bijvoorbeeld, de Pi is 3.3v en de Arduino is 5v. Verbind de twee en je zou magische blauwe rook tevoorschijn toveren.
SPI pinnen
We zijn nu aangekomen bij de SPI Pinnen. SPI is de afkorting voor Serial Peripheral Interface.
SPI is de snelste manier om data te transporteren op een Raspberry Pi. Het is dan ook zeer geschikt om een beeldscherm aan te sturen.
Pin 19, 21, 23, 24, 26, 35, 38 en 40 zijn allemaal SPI Pinnen.
De onderdelen waar je rekening mee moet houden als je iets gaat aansluiten op SPI zijn:
- SCK(Serial Clock) die zorgt ervoor dat de master en de slave op dezelfde snelheid werken.
- De MISO (Master In Slave Out) zorgt ervoor dat de slave data naar de master kan sturen.
- De MOSI (Master Out Slave In) zorgt ervoor dat de master date naar de slave kan sturen.
- CC(Chip Select) en de SC(Slave Select) die geven aan met welke slave de master wil communiceren. Stel je vergeet de CC of de SC aan te sluiten dan werkt je hele systeem dus niet meer dat zou zonde zijn.
I2C pinnen
Tot slot zijn we aan gekomen bij de I2C.
I2C staat voor Inter Integrated Circuit.
Het mooie van het aansluiten van een apparaat via I2C is dat je in tegenstelling tot SPI maar 2 aansluitingen nodig hebt. Daarvoor geef je helaas wel wat snelheid voor op. Maar dit betekent dus dat je snelheid opgeeft voor de netheid van je systeem.
De pinnen die je bij I2C hebt zijn:
- SCL die ervoor zorgt dat de slave en de master op dezelfde snelheid data versturen
- SDA die ervoor zorgt dat de slave en de master met elkaar kunnen communiceren. Dit betekent dus ook dat als je de SDA vergeet aan te sluiten de verbinding met het apparaat niet zal werken.
Je weet nu wat alle GPIO Pinnen doen en welke je voor wat nodig hebt. Het is nu aan jou om hiermee te gaan experimenteren!