5158+ beoordelingen
Voor 16:00 besteld = dezelfde dag verzonden
14 dagen retour
NL
Particulier
Zakelijk
11/06/2025
De Raspberry Pi begon in 2012 als een simpele minicomputer voor educatie. Inmiddels is het een krachtige minicomputer die wereldwijd wordt ingezet. Van domotica en robotica tot netwerken en media-servers. De Raspberry Pi boards zijn populair bij hobbyisten, studenten en zelfs professionals.
Met de komst van de Raspberry Pi 5 is er weer een flinke stap vooruit gezet. De nieuwe Broadcom BCM2712 processor zorgt voor veel meer rekenkracht. De hardware is ook sterk verbeterd. Denk aan snellere USB-poorten, een dubbele CSI-aansluiting en snellere microSD-ondersteuning. Een bijzonder waardevolle, maar nog weinig bekende toevoeging is de PCIe Gen 2 x1 aansluiting.
Deze PCIe-poort is een doorbraak. Voor het eerst kun je krachtige randapparatuur direct aansluiten. Denk aan NVMe SSD’s, 10Gbps netwerkkaarten of AI-versnellers. Voorheen moest je dat soort uitbreidingen via USB of de GPIO-header doen. Nu sluit je ze direct aan op een directe poort van het systeem.
Hierdoor kun je projecten bouwen die voorheen alleen op grote x86-systemen mogelijk waren. Je hebt eindelijk toegang tot snelle opslag en professioneel netwerkverkeer op een betaalbare Pi.
In dit artikel onderzoeken we de mogelijkheden van de PCIe-poort op de Pi 5. Je leert wat je nodig hebt, wat je kunt uitbreiden en waar je op moet letten. Of je nu een doorgewinterde maker bent of net begint, deze gids helpt je om het maximale uit je Raspberry Pi 5 te halen.
PCIe is een snelle aansluiting voor randapparaten zoals SSD’s, netwerkkaarten en AI-versnellers. De afkorting staat voor Peripheral Component Interconnect Express. Je vindt PCIe vooral in desktops en servers. Het systeem is snel, flexibel en betrouwbaar. Die eigenschappen maken het ideaal voor krachtige uitbreidingen.
In plaats van één gedeelde databus gebruikt PCIe zogenaamde "lanes". Elke lane heeft een aparte lijn voor verzenden en een voor ontvangen. Hoe meer lanes, hoe hoger de snelheid. De Raspberry Pi 5 heeft één enkele lane. Die gebruikt PCIe Gen 2. Daardoor kun je in beide richtingen data verzenden tot 500 megabyte per seconde. Dat is veel sneller dan wat je gewend bent van microSD-kaarten of veel USB 3.0-aansluitingen.
Voor de komst van PCIe waren uitbreidingen op de Pi beperkt. Je gebruikte USB voor opslag of netwerkapparaten. Voor sensoren en eenvoudige modules vertrouwde je op de GPIO-pinnen. HAT-uitbreidingen boden wat extra mogelijkheden via de GPIO-header. Maar die interfaces zijn trager en minder veelzijdig. Met PCIe krijg je toegang tot veel krachtigere hardware. Je kunt nu uitbreidingen gebruiken die eerst alleen op desktops werkten.
De Raspberry Pi 5 heeft geen standaard PCIe-slot. In plaats daarvan zit er een flat-flex connector op het board. Die is klein en past bij het compacte ontwerp van de Pi. Om er PCIe-apparaten op aan te sluiten, heb je een adapter nodig. Die zet het signaal om naar een gewone M.2- of PCIe-aansluiting. Je kiest dus zelf de juiste adapter voor je project.
De Raspberry Pi 5 ondersteunt PCIe Gen 2. Die versie haalt 5 gigatransfers per seconde. De netto snelheid ligt rond 500 megabyte per seconde. Dat is ruim voldoende voor snelle SSD’s, 2.5GbE netwerkkaarten of compacte AI-versnellers.
Toen de Raspberry Pi 5 werd aangekondigd, viel één detail direct op bij technische gebruikers: de nieuwe PCIe-aansluiting. Dit is geen klassiek slot zoals in een desktop-pc. In plaats daarvan gebruikt de Pi een platte flat-flex connector op het board. Via een dunne kabel maak je zo verbinding met een uitbreidingsmodule. Hiermee opent de Pi de deur naar krachtige hardware die eerder alleen via USB of HATs kon worden aangesloten.
De aansluiting volgt de PCIe Gen 2-standaard en biedt één datalane. Dat levert een maximale snelheid op van 500 megabyte per seconde. Voor veel toepassingen is dat ruim voldoende. Denk aan NVMe SSD’s of 2.5 gigabit netwerkkaarten. Hoewel het niet op kan tegen de snelheden van moderne desktop-pc’s, is het indrukwekkend voor een betaalbaar single-board systeem.
Toch vraagt het gebruik van PCIe enige voorbereiding. De Pi heeft geen standaard aansluiting. Je hebt dus een adapter nodig die de flat-flex connector omzet naar bijvoorbeeld een M.2- of PCIe x1-slot. Zulke adapters zijn inmiddels op de markt. Ze bestaan meestal uit een klein printplaatje met een kabelaansluiting, een PCIe-connector en soms ook een extra voeding.
Extra voeding is vaak noodzakelijk. De Pi levert zelf weinig stroom via de PCIe-lijn. SSD’s of AI-modules vragen soms meer vermogen dan het board kan bieden. In dat geval moet je een aparte voeding gebruiken. Dit kan via een aansluiting op het adapterbord of via een powered USB-hub.
Ook moet je PCIe handmatig inschakelen. Standaard staat de poort uitgeschakeld in de firmware. Pas na een wijziging in de systeeminstellingen en een herstart, herkent het besturingssysteem de aangesloten hardware. De meeste SSD’s en netwerkkaarten werken daarna meteen met standaard Linux-drivers.
Er zijn wel beperkingen. Hot-plugging wordt niet ondersteund. Je mag dus geen apparaten verwisselen terwijl de Pi aanstaat. Dit kan fouten of schade veroorzaken. Daarnaast ontbreekt een standaardbehuizing voor uitbreidingen. Je moet dus zelf zorgen voor een stabiele en veilige montage.
Tot slot: de Pi 5 heeft maar één PCIe-lane. Meerdere apparaten aansluiten kan alleen via een switch, maar dat is technisch complex. Voor de meeste projecten is één aansluiting echter genoeg.
De PCIe-interface maakt de Pi 5 krachtiger dan ooit, maar vraagt om voorbereiding en zorgvuldige opbouw. Wie dat goed aanpakt, kan veel meer uit zijn Pi halen.
Een van de belangrijkste toepassingen van de PCIe is snelle opslag. Met een M.2-adapter sluit je een NVMe SSD direct aan. Dat is veel sneller dan een microSD-kaart of USB-stick. Het besturingssysteem start sneller op. Grote bestanden verwerk je zonder haperingen. De Pi wordt zo een echte mini-server. Denk aan toepassingen zoals een privécloud, mediacenter of ontwikkelomgeving.
Ook voor netwerken biedt PCIe een voordeel. De standaard ethernetpoort haalt 1 gigabit per seconde. Dat is genoeg voor normaal gebruik. Maar wie meerdere videostreams of een NAS wil draaien, loopt snel tegen het limiet aan. Met een PCIe-netwerkkaart haal je snelheden van 2.5 tot 10 gigabit per seconde. Daarmee wordt de Pi geschikt voor geavanceerde netwerken.
Daarnaast maakt PCIe AI-toepassingen mogelijk. Sluit bijvoorbeeld een Coral Edge TPU aan. Zo draai je machine learning lokaal, zonder cloud. Handig voor beeldherkenning, spraakdetectie of slimme sensoren. De Pi wordt zo een krachtig platform voor slimme toepassingen.
PCIe maakt nog meer uitbreidingen mogelijk. Je kunt extra USB-poorten toevoegen via een PCIe-adapter. Of meerdere harde schijven aansluiten via een SATA-controller. Zo bouw je een energiezuinige server met veel opslag.
Voor makers en hobbyisten is dit een uitkomst. Je kunt nu bouwen wat eerder alleen op een pc kon. Een slimme camera met AI? Een weerstation met opslag? Of zelfs een mini-desktop? Het kan allemaal. PCIe geeft directe toegang tot de systeembus. Daardoor kun je ook hardware gebruiken die niet speciaal voor de Pi is gemaakt.
Vroeger kon je dit soort uitbreidingen via USB doen. Maar dat was trager en minder stabiel. PCIe is sneller, betrouwbaarder en flexibeler. Wie zijn project serieus neemt, profiteert van deze nieuwe mogelijkheid.
De echte kracht van PCIe zit in de veelzijdigheid. Sneller opslaan, beter netwerken, en krachtige uitbreidingen. Het ligt nu binnen handbereik. Met wat voorbereiding maak je van de Raspberry Pi 5 een professioneel platform.
Sinds de introductie van de Raspberry Pi 5 met PCIe-poort is de community losgebarsten. Overal delen makers hun ervaringen. Ze testen, bouwen en verbeteren. Hun bevindingen helpen anderen vooruit.
De PCIe-ondersteuning blijkt beter dan in eerste instantie verwacht. Vooral NVMe SSD’s doen het goed. Veel gebruikers zetten hun Pi op met een M.2-adapter. Dat vervangt de trage microSD-kaart. De Pi start sneller. Programma’s laden soepeler. De opslag is betrouwbaarder. Sommigen gebruiken hun Pi nu als desktop computer.
Ook netwerkkaarten presteren prima. Vooral 2.5GbE-kaarten met Realtek-chipsets werken direct. Ze zijn stabiel en snel. Bij 10GbE-kaarten is het lastiger. Die vragen meer stroom. Soms zijn speciale drivers nodig. Toch slagen sommige gebruikers met aangepaste kernels of andere Linux-versies.
Enthousiaste makers gaan verder. Ze proberen PCIe-switches. Zo koppelen ze meerdere apparaten aan één poort. Dat vraagt kennis van Linux en voeding. Maar het werkt. Sommige opstellingen draaien met een SSD en netwerkkaart tegelijk. Dat bewijst hoe krachtig die ene PCIe-lane is.
Toch zijn er grenzen. Niet alle PCIe-kaarten werken. Sommige vragen te veel stroom. Andere zijn niet compatibel. Zware GPU’s en complexe AI-modules werken meestal niet. Ook zijn sommige adapterborden lastig te monteren of storingsgevoelig.
Fabrikanten spelen snel in op de trend. Er komen steeds meer accessoires. Denk aan HATs met stevige connectors. Aan breakout boards met extra voeding. Aan koeloplossingen voor stabiele prestaties. Deze uitbreidingen maken PCIe bruikbaar voor echte toepassingen.
De community deelt volop. Op forums, YouTube en GitHub vind je dagelijks nieuwe updates. Beginners krijgen duidelijke stappenplannen. Gevorderden posten tweaks en testresultaten. Deze open samenwerking versnelt de ontwikkeling.
Dankzij deze inzet groeit de Raspberry Pi 5 uit tot een krachtig platform. PCIe is geen experiment meer. Het is een volwaardige optie voor serieuze projecten. Je kunt sneller werken, slimmer uitbreiden en stabieler bouwen.
Voor wie net dat beetje extra zoekt, is de PCIe-poort een uitkomst. Met de juiste hardware, voeding en kennis haal je er het maximale uit. En met hulp van de community sta je er nooit alleen voor.
De PCIe-poort op de Raspberry Pi 5 opent dan ook een wereld aan nieuwe projecten. Voorheen werkte je met USB-accessoires of eenvoudige GPIO-modules. Nu kun je bouwen aan een geheel nieuw type systeem.
Een populair project is een compacte NAS. In plaats van een grote server gebruik je een Pi 5 met een PCIe-naar-SATA- of NVMe-adapter. Voeg een paar goede schijven toe en je hebt een stil, energiezuinig opslagsysteem. Combineer dit met een 2.5GbE-netwerkkaart en je krijgt snelle toegang tot bestanden. Perfect voor back-ups, media of gedeelde documenten. Zo houd je controle over je eigen data, zonder commerciële cloud.
AI-projecten zijn ook populair. Met een Edge TPU of soortgelijke module via PCIe bouw je een slimme camera. Die herkent gezichten of objecten lokaal, zonder de cloud. Denk ook aan systemen die verkeer volgen, geluid analyseren of inventaris beheren. Dankzij PCIe draaien deze projecten snel en veilig op de Pi zelf. Wat vroeger een duur systeem vroeg, past nu in je jaszak.
De Pi wordt ook interessanter als werkstation. Snelle opslag en uitbreidingen maken lichte desktoptoepassingen mogelijk. Programmeer, schrijf e-mails of bewerk foto's in een eenvoudige omgeving. Voor scholen, makerspaces of hobbyisten is dit een betaalbare en flexibele werkplek. Ook voor ouderen die geen zware PC nodig hebben is dit een goede uitkomst. Er zijn diverse vrijwillige organisaties die graag helpen bij de setup hiervan.
Ook domotica-projecten profiteren van PCIe. Draai bijvoorbeeld Home Assistant op een Pi 5 met NVMe-opslag. De responstijd daalt, en je kunt meer sensoren tegelijk gebruiken. Breid uit met een Zigbee- of Z-Wave-module via PCIe of een HAT. Zo bouw je een krachtig en lokaal smart home-systeem. Zonder cloud, zonder vertraging.
Voor wie graag experimenteert is PCIe een feest. Sluit hardware aan die niet voor de Pi is gemaakt. Bouw een printserver met een gespecialiseerde controller. Of maak een audio-opstelling met een professionele geluidskaart. Gebruik meerdere netwerkkaarten voor een firewall of router. De mogelijkheden groeien met je ideeën.
Wat deze projecten gemeen hebben, is vrijheid. Je zit niet vast aan voorgeprogrammeerde hardware. Je kiest wat je nodig hebt. PCIe geeft je die ruimte. Natuurlijk vraagt het planning, testen en soms solderen. Maar het resultaat is iets unieks, gebouwd voor jouw doel.
Of je nu een ervaren ontwikkelaar bent of een beginnende maker. De PCIe-poort op de Raspberry Pi 5 is meer dan een aansluiting. Het is een uitnodiging. Ga bouwen. Probeer iets nieuws, combineer, ontdek. Alles begint met een idee en de durf om het te proberen.
De PCIe-poort op de Raspberry Pi 5 biedt veel mogelijkheden. Toch is het geen kant-en-klare oplossing. Zonder voorbereiding loop je al snel tegen problemen aan. Met de juiste aanpak bouw je een stabiel systeem dat het maximale uit je hardware haalt.
Begin met de fysieke aansluiting. De Pi gebruikt een platte kabel in plaats van een stevige connector. Die kabel is gevoelig voor beweging en storing. Bevestig hem dus goed. Houd hem kort, recht en strak vastgezet. Een losse of geknikte kabel veroorzaakt storingen of maakt het apparaat onbruikbaar.
Let ook goed op de stroomvoorziening. De Pi levert via PCIe maar beperkt vermogen. Veel apparaten vragen meer stroom dan de Pi aankan. Denk aan SSD’s, netwerkkaarten of AI-modules. Gebruik daarom altijd een aparte voeding. Kies een voeding met voldoende capaciteit en verdeel het stroomverbruik goed. Dat voorkomt crashes of beschadiging.
Warmte is een ander punt. De Pi 5 wordt al warmer dan eerdere modellen. PCIe-kaarten voegen daar nog hitte aan toe. SSD’s, netwerkkaarten en AI-chips kunnen behoorlijk warm worden. Koel je opstelling actief. Gebruik ventilatoren of heatsinks. Vooral in een gesloten behuizing is dit belangrijk.
Controleer vooraf de softwareondersteuning. Veel apparaten werken direct met Raspberry Pi OS. Maar niet alle hardware wordt standaard herkend. Soms zijn extra drivers of instellingen nodig. Zoek op forums naar ervaringen van anderen. Dat bespaart je veel tijd en frustratie.
Zorg ook voor een nette en stabiele opbouw. Je werkt met losse onderdelen: een Pi, een kabel, een adapter en een uitbreidingskaart. Monteer deze stevig. Gebruik een houder, montageplaat of aangepaste behuizing. Zo voorkom je schade bij gebruik of transport.
Houd er rekening mee dat de Pi 5 maar één PCIe-lane heeft. Je kunt dus één apparaat tegelijk aansluiten. Wil je meerdere uitbreidingen, dan heb je een PCIe-switch nodig. Die zijn lastig in gebruik en vragen extra stroom en kennis. Kies dus bewust wat je nodig hebt: opslag, netwerk, of iets anders.
Kortom: PCIe maakt veel mogelijk, maar vraagt ook aandacht. Denk vooruit, werk netjes en gebruik de juiste onderdelen. Zo haal je het beste uit je Raspberry Pi 5. Dit zonder frustratie of foutmeldingen.
De PCIe-poort op de Raspberry Pi 5 is een mijlpaal. Waar eerdere modellen eenvoud boden, opent deze generatie de deur naar geavanceerde toepassingen. De Pi 5 laat zien dat het platform meer is dan een leerhulpmiddel. Het is nu echt een volwaardig computersysteem.
De community en industrie reageren snel. Accessoirefabrikanten brengen adapters, HATs en behuizingen uit die speciaal voor PCIe zijn gemaakt. Ontwikkelaars verbeteren drivers en lossen compatibiliteitsproblemen op. Deze groeiende ondersteuning maakt PCIe steeds toegankelijker.
Toekomstige modellen, zoals een mogelijke Raspberry Pi 6, bouwen hier waarschijnlijk op voort. Denk aan meerdere PCIe-lanes of ingebouwde slots. Misschien komt er ondersteuning voor meerdere kaarten tegelijk. De basis is in elk geval gelegd. Raspberry Pi schuift steeds verder op richting professioneel gebruik.
Maar het belangrijkste is niet de hardware. Het gaat om wat mensen ermee doen. PCIe nodigt uit tot ontdekken, leren en bouwen. Die uitdaging past perfect bij de missie van Raspberry Pi. Mensen aanmoedigen om technologie zelf te verkennen.
De mogelijkheden zijn bijna eindeloos. Snelle opslag, krachtige netwerken, slimme automatisering of unieke hardwareprojecten. Alles is mogelijk, als je bereid bent om erin te duiken. De Pi 5 is daarmee niet het eindpunt van een ontwikkeling, maar het begin van een nieuwe fase.
Wat ooit begon als een simpel bordje voor onderwijs, is nu een krachtig platform met serieuze ambities. De PCIe-poort bewijst dat Raspberry Pi durft te groeien én zijn gebruikers meeneemt in dat groeipad.
Wie nu begint met experimenteren, bouwt voort op een stevige basis. De toekomst ligt open. De enige grens is wat je durft te proberen.